Daalt de waarde van een woning of appartement als gevolg van dijk-of kustversterkingswerkzaamheden, dan kan men de overheid verzoeken om nadeelcompensatie. Een voorbeeld hiervan is de uitspraak van de Afdeling van 8 juli 2015. De eigenaar van een woning werd geconfronteerd met een dijkverhoging waardoor hij geen uitzicht meer had over het Markermeer. Het hoogheemschap wees het verzoek om nadeelcompensatie af. In hoger beroep voerde de eigenaar aan dat hij onevenredig is getroffen, omdat de dijk precies voor zijn woning 45 cm hoger is. De Afdeling gaat echter hierin niet mee. Uit het rapport van de door het hoogheemraadschap ingeschakelde taxateur blijkt dat een dergelijke plaatselijke verhoging niet uitzonderlijk is. Daaraan voegt de Afdeling toe dat een dijkhoogte van 4,64 meter ook niet als uitzonderlijk kan worden aangemerkt (ABRvS 8 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2108).
Reageren is niet langer mogelijk.
|
Archieven
Oktober 2020
Categories |